De klimaatimpact van ons voedsel staat hoog op de politieke agenda’s. Daar kan niemand op tegen zijn. Waar wij wel veel kritischer op moeten zijn, is de wijze waarop de CO2footprint van vlees en plantaardige producten met elkaar wordt vergeleken. Die is te vaak ondeugdelijk. Neem bijvoorbeeld de Week Zonder Vlees. De organisatie adverteerde jarenlang met ongeloofwaardig hoge klimaatwinsten. De klimaatimpact van vleesvervangers was ’gewoon’ op nul gesteld. Nogal wiedes dat een maaltijd zonder vlees dan veel gunstiger uitkomt. Dit jaar wordt voor het eerst gerekend met eerlijker cijfers. De eerder geclaimde klimaatwinst is daardoor gehalveerd.
Wij zien geregeld dat vergelijkingen worden gemaakt op basis van een kilo product. Een kilo komkommers heeft een veel lagere klimaatvoetafdruk dan een kilo vlees. Ook dit is geen eerlijke vergelijking. De voedingswaarden verschillen immers sterk.
Voedingsstoffen
Gezond eten betekent een volledig pakket aan voedingsstoffen binnenkrijgen. Vlees kan daar om niet zonder meer worden vervangen door wat anders. Producten zouden op basis van voedingswaarde vergeleken moeten worden. Wij zien dat nogal eens gekozen wordt voor het meest klimaatvriendelijke en verantwoorde alternatief: een eigen bereiding van peulvruchten, noten en zaden. Maar hoeveel mensen doen dat? Een klein percentage, blijkt uit marktonderzoek dat wij vorig jaar lieten uit voeren door een onderzoeksbureau. De kantenklare vegaburger blijkt veruit favoriet als vleesvervanger.
Als wij de voedingswaarde van varkensvlees vergelijken met die kantenklare vegaburger, hoe zit het dan met de klimaatimpact? Wereldvoedselorganisatie FAO pleit al langer voor vergelijkingen op basis van de voedingswaarde. Zij hekelt het framen van dierlijke producten op basis van oneerlijke vergelijkingen. Voor veel mensen in de wereld zijn dierlijke producten de belangrijkste voedselbron. De bodem is lang niet overal in de wereld geschikt voor plantaardige teelten.
De FAO hanteert een wetenschappelijke methode om de kwaliteit van dierlijke en plantaardige eiwitbronnen op een eerlijke wijze met elkaar te vergelijken. Een vegetarische burger heeft hierin een score van rond de 83 en een kilo varkensvlees zit rond de 142. Je moet grofweg 1,7 keer meer vegaburger eten om te kunnen tippen aan de voedingswaarde van varkensvlees. Als je dezelfde hoeveelheid voedingsstoffen binnen wilt krijgen, kun je dus niet zomaar een stukje vlees van 80 gram vervangen door een vegaburger van 80 gram.
Klimaatbelasting
De klimaatbelasting van een kilo klimaatvriendelijk geproduceerd Nederlands varkensvlees bedraagt 5 kilo CO2equivalent per kilo product. Een kilo vegaburger zit weliswaar lager (rond de 3,7 kilo CO2eq), maar je moet er meer van eten voor een vergelijkbare voedingswaarde. Het is zinnig om stil te staan bij de klimaatimpact van de producten die je kiest. Maar dan wel op basis van de voedingswaarde. Wanneer Nederlands varkensvlees en plantaardige producten op een eerlijke manier met elkaar worden vergeleken, dan is de klimaatimpact redelijk vergelijkbaar. Varkensvlees past dus evengoed in een klimaatbewust dieet als plantaardige alternatieven.
Linda Verriet, voorzitter Producenten Organisatie Varkenshouderij, mede namens: Laurens Hoedemaker, voorzitter Centrale Organisatie voor de Vleessector (COV); Helma Lodders, voorzitter Vee & Logistiek Nederland; Marian Lemson, directeur van de Koninklijke Nederlandse Slagers (KNS)
Bron: Telegraaf
